Rita

Beste Rita,
Ik kan me voorstellen dat je nogal wanhopig uitkijkt naar onze bijeenkomsten. Je doet je uiterste best om mij van goede raad te voorzien om mij van mijn problemen te verlossien maar ik ga daar vaak niet op in. Ik kan tot mijn verdediging aanvoeren dat je problemen waar ik al zo’n tien jaar meer worstel niet zomaar in een uurtje kunt oplossen. Maar wat er ook speelt is dat ik vaak niet zo’n behoefte heb aan goede raad. Soms omdat ik wat jij zegt zelf ook al heb bedacht. En soms omdat ik wat jij me aanraadt niet bij mij vind passen. Waar ik behoefte aan heb, is iemand die mij een spiegel voorhoudt. Iemand die vragen stelt in plaats van antwoorden te geven. Iemand die mij stof tot nadenken biedt We hadden het er in de laatste bijeenkomst ook over: ik wil weten waarom ik iets doe of zou moeten doen. En niet in de zin van oorzaken en gevolgen, maar in de vorm van motieven. Als ik weet wat maakt dat ik doe wat ik doe, kan ik gaan bedenken hoe ik daarmee om moet gaan. Dat heeft meer met emoties te maken dan met logica.
Wat ik jou zou willen vragen is niet in mijn hoofd proberen te kruipen. Dat probeer ik zelf al voortdurend. Wat ik je wil vragen is je gezonde verstand los te laten op de kronkels in mijn denken. Verwonder je over mijn manier van doen en confronteer mij met die verwondering. Misschien dat ik me dan ook ga verwonderen en tot een ongedachte ontdekking kom.

En wat heeft Nagarjuna daarmee te maken? Ik denk dat Nagarjuna typisch zo iemand was die zich afvraagt waarom vanzelfsprekende zaken dan wel vanzelfsprekend zijn.De Griekse filosoof Aristoteles, bij voorbeeld, vond dat een uitspraak niet tegelijkertijd waar en onwaar kon zijn. Nagarjuna ontkende dat. Hij vond dat een uitspraak best wel enerzijds waar en anderzijds onwaar zou kunnen zijn,

Vriendelijke groet en tot ziens,
Pim Lemmens